Šumik, Pohorje

Het Pohorje-gebergte (Duits: Bachern-Gebirge) ten zuiden van het Drau-dal is het grootste middelgebergte van Slovenië. Hoogste bergtop is met 1543 m de Črni vrh (Duits: Schwarzer Gipfel). Het is een glooiend, bosrijk gebergte met een zeer gevarieerde natuur. Kostbaarste schat zijn de opmerkelijk grote hoogvenen met een paar meren. Deze zijn ontstaan door de vulkanische, harde en waterdichte steen. Een netwerk van wandel- en fietspaden nodigt uit om op ontdekking uit te gaan. Behalve de veengronden zijn het de kleine oerwoud-achtige gebieden en ravijnen met natuurlijke beekjes die het hart van de natuurvriend hoger laten slaan. Bezienswaardig zijn de watervallen en de bossen in het beschermde natuurgebied Šumik. Het bevindt zich ten westen van Maribor en is een oer-landschap zoals dit in Midden-Europa maar zelden te vinden is. Dicht bij elkaar staan hier oeroude dennen, berg-esdoorn, berg-iep en groene beuk - sommige storten in en laten nieuw leven ontstaan: er groeien talloze paddenstoelen en mossen op de dode stammen en daarnaast kiemt er nieuw leven met jonge zaadplanten van de beuk. Daartussen bruist de Lobnica door het met rotsblokken bedekte ravijn naar de Drau toe en stort zich van twee watervallen, te weten Veliki Šumik (36 m hoogte) en Mali Šumik (2 x 9 m hoogte). De tocht omhoog gaat langs het ravijn en tussen bemoste rotsen door; soms wat risicovol zijn de gevaarlijke passages beveiligd met touwen.